Looptraining (Claudicatio / Etalagebenen)

Wat zijn etalagebenen?

Bij etalagebenen, ook wel Claudicatio Intermittens, voeren de slagaders in uw benen te weinig zuurstof aan voor de spieren die u gebruikt bij het lopen. Dit komt omdat deze slagaderen vernauwd zijn. Een vernauwing ontstaat door slagaderverkalking.


Waar komt de naam vandaan?

U heeft misschien wel gehoord dat u ‘etalagebenen’ heeft. Deze term is bedacht omdat patiënten zich een houding willen geven als zij noodgedwongen rusten. Zij kijken in de etalage van een winkel.

Wat is de medische term voor etalagebenen?

De medische term voor deze aandoening is claudicatio intermittens. Artsen gebruiken ook wel de term perifeer arteriëel vaatlijden ( PAV ). PAV wordt door de artsen ingedeeld in vier stadia:

-Stadium 1: U heeft wel een vernauwing maar nog geen typische klachten van claudicatio intermittens (etalagebenen).

-Stadium 2: U heeft last van etalagebenen. Afhankelijk van de loopafstand maken artsen een onderscheid tussen 2A en 2B. Bij een stadium 2A kunt u pijnvrij meer dan 100 meter lopen. Bij een stadium 2B treedt de pijn op voor dat u 100 meter gelopen heeft. De meerderheid van de patiënten blijft in stadium twee.

-Stadium 3: U heeft ook in rust pijn in de benen en/of de voeten. De pijn vermindert wanneer men het been van het bed laat afhangen. De toevoer van zuurstof en voedingsstoffen komt in het betroffen been ernstig in het gedrang.

-Stadium 4: Aan de getroffen voet komen niet genezende wonden, necrose of gangreen voor. Er bestaat gevaar voor amputatie.

De stadia 3 en 4 worden door de artsen kritieke ischemie genoemd. Bij kritieke ischemie wordt een lage bloeddruk in de benen gemeten (minder dan 50 mmHg  t.b.v. de enkels en/of 30 mmHg ter hoogte van de grote teen).

Wat is er aan de etalagebenen te doen?

Looptherapie is de beste behandeling! De training onder begeleiding van een gespecialiseerde fysiotherapeut geeft de beste resultaten. Deze fysiotherapeut is aangesloten bij ClaudicatioNet. Daardoor worden deze behandelingen ook in 2019 in de meeste voorkomende gevallen vergoed door uw zorgverzekeraar.

Hoe ziet de behandeling van etalagebenen eruit?

De gespecialiseerde fysiotherapeut bespreekt uw klachten en met name uw (beperkte) bewegingsmogelijkheden. Ter ondersteuning maakt de fysiotherapeut gebruik van een aantal vragenlijsten. Voor het vaststellen van uw maximale loopafstand en conditie, doet u een test op de loopband. Dit onderzoek wordt gedurende de trainingsperiode regelmatig herhaald om het effect van de looptraining te bepalen. Op basis van de resultaten van de looptest en uw klachtenpatroon stelt de fysiotherapeut samen met u een persoonlijk trainingsschema op. De eerste weken wordt u intensief begeleid, zo’n 2 tot 3 keer per week. Het trainingsschema bestaat niet alleen uit lopen, maar ook uit fietsen, spierversterkende oefeningen en scholing van het looppatroon. Daarna wordt de begeleiding langzaam afgebouwd en gaat u zelfstandig trainen. Dit zelfstandig trainen gaat volgens een vooraf opgezet trainingsschema. Voor het behoud van het behaalde resultaat is het uitermate belangrijk om dit trainingsschema dagelijks te onderhouden en een gezonde leefstijl te ontwikkelen.